Revisie Revox B285 receiver.

B285 receiver


Naar de hoofdindex
Naar de Studer-Revox index

Eindtrap compleet
Eindtrap na 25 jaar. Let op de zwarte pluim rechts, dat is het gevolg van hitte.

 
Eindtrap
Eindtrap zonder het koelblok. De zes TO220-transistoren veroorzaken de hitte.

 
Vernieuwde eindtrap
Schoon, gerepareerd en nu met extra koellichamen.

Mijn B285 met serienummer 08544 heb ik in 1986 nieuw gekocht in Münster, bij Hifi Sound LSV Saerbeck in de Jüdefelderstraße aldaar. Gekocht met de optionele MG/LG-module, ook de optionele MC-ingang zat erop. Ze waren in die tijd in Duitsland goedkoper dan in Nederland. Veel gebruikt, heeft altijd prima gewerkt. Maar na 2010 doken er problemen op, kanaaluitval. Ik had al een fout in de voeding geconstateerd, tijd dus voor een opknapbeurt. Er waren een aantal lekkende elco's zichtbaar, waarvoor ik nieuwe besteld heb. De lampjes achter het display (groene buislampjes, 36V/3W) waren als vanouds doorgebrand, daarvoor heb ik een LED-gebaseerde oplossing bedacht. Lastiger was een probleem op de eindtrap. De powertransistoren zijn keurig verbonden met het grote koelblok en worden dus goed gekoeld. Maar een zestal drivertransistoren ervoor (in een TO220-behuizing) worden ook erg warm en die hebben geen koeling. Bij de mijne was dat goed zichtbaar door de bruine verkleuring in de printplaat. De soldeerogen waren al losgekomen van de print, maar nog wel verbonden met hun printbanen. De transistoren 'waggelden' enigszins. Het betrof de nummers Q109, Q110, Q111, Q209, Q210 en Q211.

Dit is een bekend structureel probleem van de B285. Uiteindelijk kunnen die transistoren loskomen doordat ze zichzelf min of meer uitsolderen. Door de opzet van de schakeling kan zo'n storing grote gevolgen hebben. Een fout kan een sneeuwbaleffect veroorzaken waardoor ook andere onderdelen kapot gaan. Revox GmbH in Villingen, de servicedienst in Duitsland, adviseert bij reparatie of onderhoud aan een B285 altijd koellichamen aan te brengen op die drivertransistoren. Dat verlaagt de temperatuur zodanig dat verdere schade voorkomen wordt. Eigenaren van een B285 doen er dus verstandig aan daarop te letten. Zes passende koellichamen kosten hooguit een euro of 3. Dat is veel goedkoper dan een 'meltdown' van die transistoren, zoals ik inmiddels uit ervaring weet...

Op het microprocessor board (pcb 1.728.220-11 1), tevens het netdeel, heb ik alleen alle elco's vervangen. De drie grote (C34, C36 en C37, elk met 4 contactpunten) heb ik op de oude condensatorring gesoldeerd. Vervolgens heb ik alle elco's op het preamp board (pcb 1.728.290-12), phono equalizer board (pcb 1.728.310-00), keyboard (pcb 1.728.230-00) en AM-tuner (pcb 1.728.280-11) vervangen. Alle boards zijn ultrasoon gereinigd en waar nodig nagesoldeerd.

Toen resteerde nog de eindversterker. Ook daar heb ik de elco's vervangen, waarbij de laadelco's van 15.000uF vervangen zijn door exemplaren van 22.000uF. Voor het probleem met de drivers had ik nieuwe transistoren met passende koellichamen besteld. Ik wilde de pootjes van de nieuwe transistoren gebruiken om de loshangende soldeerogen te overbruggen, zodat ze weer stevig vast zaten. Maar omdat ik ze nog niet binnen had heb ik proefgedraaid met alleen de nieuwe condensatoren. Dat bleek geen goed idee. Ik ben even weggelopen bij het spelende apparaat, toen ik een half uur later terugkwam hoorde ik geen muziek meer. In plaats daarvan had ik rook, stank en de melding 'DC' in het display. DC staat voor direct current, gelijkstroom dus. Die melding verschijnt als er gelijkstroom (DC) op de luidsprekeruitgangen staat en is bedoeld om luidsprekers te beschermen. De eindtrappen beschermt hij helaas niet. Ik had een aantal doorgebrande weerstanden, condensatoren en transistoren. Het was de toch al loshangende drivers kenneljk allemaal teveel geworden...
Inmiddels is de eindtrap weer gerepareerd. Ik heb behalve de drivers zo'n 25 componenten vervangen. De kosten van die componenten vallen wel mee (ca. 12 euro), maar het kost flink tijd. Als je dat moet laten doen wordt zo'n meltdown dus erg duur.

Nog iets om op te letten: Condensator C301 op de eindversterker print, direct voor de aansluitpinnen. Volgens het schakelschema in de service manual is de anode verbonden met de 5.5V aansluitpin en de kathode met de massa. Dat is correct. Maar de layout van de printplaat een bladzijde verder toont de anode verbonden met massa en de kathode met de 5.5V pen. Omgekeerd dus, het plus teken staat op de verkeerde plek. In veel B285's zit deze condensator af fabriek inderdaad verkeerd ingebouwd. Niet heel kritisch, de condensator is bedoeld om de 5V te stabiliseren. Maar als je nu toch de condensatoren vervangt, let hier dan ook even op.

Als laatste waren er nog de lampjes achter het display. De printplaat met de lamphouders voor de lampjes achter het front heb ik vervangen door een zelfgemaakte print uit universeelboard met exact dezelfde afmetingen van 128 x 20 mm. Daarop zitten op de soldeerzijde 4 stuks LED in serie met 3 weerstanden van 820 Ohm (samen dus 2460 Ohm). Voor de drie draden heb ik steekcontacten gemaakt, eentje daarvan is niet verbonden. Kleur, helderheid en lichtspreiding zijn zoals met de buislampjes. Maar bij een lager stroomverbruik gaan de LED's veel langer mee. De LED's zijn 360 graden schijnend, groen, 8mm, 3.4V, 60mA en 510nm (Conrad bestelnr 18447-62).

Van binnen en buiten schoongemaakt, elco-kuur gehad, nagesoldeerd en koellichamen op de drivers. Deze B285 is weer klaar voor de volgende 25 jaar. Opvallend, het netdeel lijkt nu iets warmer te worden dan de eindtrap. Dat is bij meer Revox-en het geval.

Tips.

Wie nog een B285 heeft waarvan de drivertransistoren (Q109, Q110, Q111, Q209, Q210 en Q211) niet van koellichamen zijn voorzien doet er verstandig aan dat alsnog te (laten) doen. Ze zijn origineel nooit aangebracht. Deze transistoren worden erg heet. Dat kunnen de transistoren zelf wel aan, maar het heeft op de lange duur tot gevolg dat ze zichzelf van de printplaat los solderen, met een flinke schade als gevolg. Zie de foto van de eindtrap na reparatie hiernaast, het zijn de zes zwarte koellichamen links van het aluminiumblok. Die koellichamen ontbreken op de eerder gemaakte foto. Of ze gemonteerd zijn is goed te zien als de bovenplaat van de behuizing afgeschroefd is. Zo niet, laat het alsnog doen. En als de B285 dan toch naar de reparateur moet, laat dan meteen de voedingsspanningen controleren.

Voor de doe-het-zelvers: De zwarte behuizing met de nettrafo links in de B285 bevat, goed verstopt, een kleine printplaat met een Rifa ontstoringscondensator. Vergeet die niet. Als de kunststof behuizing van de Rifa craquelee-achtige barstjes vertoond moet-ie vervangen worden.

Naar mijn onbescheiden mening klinkt de B285 iets beter wanneer de netstekker op de goede manier in het stopcontact zit, zoals wel bij andere apparaten ook. Wie het proberen wil, de stappen om de juiste poling te vinden vindt u hier.




Laatst gewijzigd op 7 december 2019.